Geschiedenis basiliek

De bouw van de Onze Lieve Vrouwekapel

De Zwolse schepen Gerardus van Spoelde maakte in 1393 zijn testament. Reeds een jaar later moest het geopend worden. Hij had bepaald dat zijn huis en grond gebruikt zouden worden om in de Voerstraete (Voorstraat) een kapel te bouwen ter nagedachtenis aan zijn ouders en hemzelf en ter ere van de Heilige Moeder Gods, Maria.

Aangezien zijn grond niet geschikt was hiervoor, werd het door het stadsbestuur geruild met een aangrenzend perceel, dat toebehoorde aan het kapittel van Deventer, geheten “ Hof van Zwolle”.

In hetzelfde jaar begon men met de bouw van de kapel, welke in 1399 zover gevorderd was, dat men het kon wijden en gebruiken. Het had de plaats en omvang van het huidige koor van de basiliek. De wijding vond plaats op 26 november 1399 door wijbisschop Hubertus Schenck.

In de volgende fase bouwde men twee kruisarmen en een gedeelte van het schip. In 1417 werd dit gedeelte overkapt.

In de derde fase van 1452 tot 1454 werd het schip afgebouwd, zonder klokkentoren.

Vanaf 1454 werd het interieur verder ingericht met altaren, een koorhek, een triomfboog en een groot orgel. Deze werd vervaardigd door orgelmaker Jacob van Bilsteijn uit Kampen. Het is uniek dat de akte tot opdracht hiervan nog bewaard gebleven is. Het is een van de oudste orgelaktes van Nederland.

Men vond toch gaandeweg dat de kapel een klokkentoren moest krijgen. In 1463 werd daarmee begonnen en in 1484 was zij zover gereed dat Klokkengieter Geert van Wou uit Den Bosch, die inmiddels zich in Kampen had gevestigd, 6 klokken leverde in de tonen do- re- mi- fa- sol en la.

Hiermee was de Onze Lieve Vrouwe kapel gereed.

In 1498 richtten 20 heren van stand een koor op om de Latijnse gregoriaanse gezangen te verzorgen. Zij noemden zich “ de Onser Liver Vrowen Sengers. Op 2 januari van dat jaar maakten zij een akte op om de rechten en plichten vast te leggen. Heer Herman van den Bussche, zelf ook koorlid, maakte de akte op. Hij was toen Schout van de stad.

Na 1580 sluit Zwolle zich aan bij de reformatie. Het tijdperk voor de schuilkerken begint.

Het koor en de oprichtingsakte bestaan nog. Het basiliekkoor is dus meer dan 500 jaar geleden opgericht en daarmee een der oudste verenigingen en koren van het land.